Rusland kan, gemeten in verkoopvolumes, weer de grootste olie-exporteur ter wereld worden in 2023, zo geven analisten van Bank of America aan in een nieuw rapport.
De Europese Unie en andere westerse landen hebben Rusland sancties opgelegd die het lastiger maken om olie te transporteren voor Rusland. Onderdeel van de sancties is een prijsplafond van maximaal 60 dollar per vat voor Russische olie die overzee wordt vervoerd.
De analisten van Bank of America merken dat Russische olie veelal tegen dumpprijzen onder het niveau van het prijsplafond wordt verhandeld. Het land verkoopt flinke hoeveelheden olie aan onder meer China en India tegen fikse kortingen.
Onderdeel van de sancties is een regeling waarbij olietankers niet meer verzekerd zijn als ze Russische olie vervoeren tegen prijzen die hoger zijn dan 60 dollar per vat ruwe olie. Zolang Russische olie tegen lagere prijzen wordt verhandeld, heeft deze maatregel echter weinig effect.
De analisten van Bank of America wijzen er ook op dat er Russische olie naar het Midden-Oosten wordt vervoerd en daar vervolgens als ‘lokaal geproduceerde olie’ wordt doorverkocht. Dit ondermijnt de effectiviteit van sancties.
Hoewel de olie-export van Rusland gepaard gaat met lagere inkomsten vanwege de lage verkoopprijzen, heeft het land er momenteel wel baat bij om de verkoopvolumes zo hoog mogelijk te houden. Russische oliebedrijven zijn dan ook volop aan het boren naar nieuwe olievelden, zo meldde persbureau Bloomberg dinsdag.
Rusland heeft begin deze maand overigens wel aangekondigd zijn olieproductie vanaf maart voorlopig te gaan verlagen met een half miljoen vaten per dag. Het land produceert momenteel ongeveer 11 miljoen vaten ruwe olie per dag.
