Rusland wil alle informatie achterhalen in de kwestie van de bomaanslagen eind september op twee gaspijpleidingen op de bodem van de Oostzee. Het land dringt hierop aan na een publicatie waarin werd gesteld dat de Amerikaanse president Joe Biden hiervoor de opdracht zou hebben gegeven.

De publicatie komt van de hand van de bekende Amerikaanse onderzoeksjournalist Seymour Hersh. Hij stelde deze week in een artikel op basis van een geheime bron in Washington dat duikers van de Amerikaanse marine met explosieven de bomaanslag op de pijpleidingen hebben gepleegd.

De pijpleidingen van het project Nord Stream 1 en Nord Stream 2 werden aangelegd om Russisch gas via de Oostzee naar Duitsland te vervoeren. De VS was vanaf het begin tegen de pijpleidingen, omdat die Rusland meer invloed in West-Europa bezorgden.

Verwoesting

Volgens Hersh werd al in 2021 op het hoogste niveau in Washington aan een plan gewerkt om de pijpleidingen te verwoesten. Enorme hoeveelheden gas kwamen vrij door de beschadigingen van de pijpleiding. 

Vanuit Rusland werd eerder al in de richting van Biden gewezen als het brein achter de explosies van de pijpleidingen. Begin februari vorig jaar zei Biden voor de Russische aanval op Oekraïne dat het afgelopen zou zijn met Nord Stream als Rusland Oekraïne zou binnenvallen. Gevraagd hoe hij dat dan voor zich zag, antwoordde Biden dat hij dat nog niet precies wist: “Maar we kunnen het.” 

Russische invloed

Russisch gas ging jarenlang naar Duitsland via de gasleiding Nord Stream 1. Die leiding vormde zo een belangrijk instrument voor Russische invloed in Europa en een belangrijke bron van inkomsten voor Moskou.

Vanuit Rusland worden de aanslagen terroristisch genoemd. Het land onderzoekt de zaak zelf, omdat het niet wordt betrokken bij onderzoeken in Scandinavische landen en in Duitsland.

Op onderstaande onderwaterbeelden is goed te zien welke schade de ontploffingen hebben aangebracht:

In het Westen wordt vaak gesuggereerd dat Rusland zelf achter de aanslagen zou zitten. Maar daar zijn volgens de bij het Duitse onderzoek betrokken procureur-generaal Peter Frank geen aanwijzingen voor gevonden.